Monday, November 9, 2015

Chiefs en een Japanse tuin in Togo



Mijn lief en ik zijn via de gouverneur uitgenodigd bij een feestje van een chef die 10 jaar op zijn post zit. De beste man kent ons niet maar dat maakt niet uit, er is altijd genoeg eten en hoe meer zielen hoe meer vreugd. Een extra blank gezicht vergroot het aanzien daarbij soms ook. We beginnen onze reis vanuit ons familiehuis in Lomé, trekken de paarse deur achter ons dicht en houden op de zandweg waar het huis aan ligt twee brommers aan om ons naar de taxistandplaats te brengen genaamd 'la pirogue' (traditionele houten boot). Daar staat een hele rij auto's die dienst doen als publieke taxi naar allerlei plaatsen. Zeg waar je heen gaat en iemand wijst je de juiste auto. Nog even dubbelchecken of dit inderdaad een gedeelde taxi is en maar hopen dat we niet te lang hoeft te wachten tot 'ie vertrekt. Dat valt meestal wel mee, en om de boel wat sneller te laten gaan én om onszelf wat meer comfort te geven betalen we voor een extra plaats op de achterbank zodat we wat ruimer zitten. We zijn na drie kwartier rijden in Aného en gaan eerst even langs een zus van mijn lief waar we, zoals vaker het geval is, heerlijke vis eten vergezeld met een glas bisap (hibiscus drank) die de zus zelf maakt en verkoopt aan huis, aan de dichtbij gelegen grensovergang met Bénin en op verschillende lokale markten. Na het lekker maal voelen wij ons weer energiek en springen we samen achterop de brommer van de vaste chauffeur van de zus. De man ziet er prachtig uit met zijn lange witte doktersjas, een enorme las-bril en een fietshelm. Uiteraard krijgen we heel wat bekijks, zo met zijn twee op de brommer en een bijzonder geklede chauffeur, ik in het midden geplet tussen hem en mijn lief. Nadat we Aného hebben verlaten slaan we een landweggetje in en worden we omringd door prachtig groen en zien we hier en daar een glimpje glinsterend blauw van het Togo meer. Prachtig! 
We rijden door het dorp van de chef en langs de plek waar de ceremonie al heeft plaats gevonden met dans en veel gepraat. Even verderop zien we een enorme hoeveelheid dikke auto’s staan voor een groot huis met een aantal politie agenten. Dit moet het zijn. We stappen af, groeten de politiemannen en lopen direct naar de eerste etage waar een paar lange tafels staan met allemaal prachtig geklede
mensen. We gaan iedereen langs en groeten de mensen, mijn weinige kennis van de lokale taal wordt zeer gewaardeerd terwijl ik zelf baal dat ik zo ontzettend langzaam vorder sinds al die jaren en me voor de zoveelste keer voorneem om nu dan eens écht mijn best te gaan doen. Na zo’n 50 tal handen geschud te hebben schuiven we een stoel aan bij de tafel met de gouverneur. Ik kijk eens goed om me heen en mijn blik blijft hangen bij de man naast, hij komt me erg bekend. Hij blijkt een voodoo priester te zijn die ik een paar jaar geleden op een festival in Togo heb gezien, waarbij hij via houten poppen met voorouders communiceerde. Hij is blij verrast dat ik hem herken en ik ben blij dat ik het ergens over kan hebben met iemand die ik verder niet ken. Eten wordt aangedragen door prachtig geklede vrouwen, maar we slaan beleefd het eten af. Op het moment dat we besluiten op te stappen komt er op de valreep nog een enorme taart tevoorschijn die met veel onthaal wordt getoond aan alle gasten. Champagne wordt open getrokken met veel vuurwerk en flitsen van fotocamera’s. Na het beleefde slokje taaien we dan echt af met de gouverneur die ons een lift heeft aangeboden. Eenmaal buiten maken we nog gauw een foto met prachtig uitgedoste gasten. En springen we in de eenvoudige auto van de gouverneur die maar klein en simpel is vergeleken met alle grote glimmende bakken die buiten de deur geparkeerd staan, bewaakt door die hele batterij politie agenten. De gouverneur vraagt of we haast hebben want hij moet nog even snel iemand groeten en daarom maken we een kleine omweg. We kunnen er niet zoveel tegen inbrengen en zien wel wat komen gaat, we go with the flow. Na een kwartiertje rijden over zandwegen en na even zoeken stoppen we voor een hek wat een groot huis beloofd.
Even later zitten we in ruime fauteuils onder een mango boom en kijk ik mijn ogen uit. Het huis ziet er smaakvol uit van de buitenkant, niet zo-een met glimmende ramen en dito stenen, maar met mooie balustrades en een smaakvol ingerichte tuin met grind, bamboe, palmbomen en witte reigers van steen die her en der in het gras staan. Salsamuziek klinkt uit het huis en de sterke drank staat in talrijke flessen uitgestald op het glazen salontafeltje in de tuin. De gastheer haalt nog even een flesje wijn uit zijn wijnkelder. Alle werelddelen vloeien hier zo ongeveer samen met invloeden van Azië, Europa, Zuid Amerika en Afrika in het huis, de tuin, de muziek, de drank, de gasten én de gespreksonderwerpen. Wát een verassing, het was de omweg meer dan waard.

No comments:

Post a Comment